ODE magazine interviewt Frank Karsten over democratie
Door Marco Visscher
28 augustus 2012
"Vrijheid gaat juist over wat niet collectief, maar individueel wordt beslist"
In De Democratie Voorbij waagt Frank Karsten zich aan de contouren van een nieuw politiek systeem dat is gebaseerd op vrijheid. En vrijheid is volgens hem iets heel anders dan democratie. Waar democratie als een tamelijk onbetwiste politieke vorm geldt, beweert Karsten dat zij – in de woorden van de ondertitel – ‘niet leidt tot solidariteit, welvaart en vrijheid, maar tot onvrede, verspilling en een tirannieke overheid’.
Karsten – lijstduwer van de Libertarische Partij en oprichter en voorzitter van Stichting MeerVrijheid, die pleit voor, inderdaad, meer vrijheid – schreef het pamflet samen met journalist Karel Beckman. Het verscheen vorig jaar op de golven van meer kritische analyses over de richting van de democratie. Maar hoewel De Democratie Voorbij al in diverse talen is verschenen, werd het boek in Nederland vrijwel genegeerd in de media. Ode sprak met Karsten over zijn ideeën over democratie en politieke vernieuwing.
Er wordt steeds meer gemopperd over de democratie. Dat zal u heugen.
‘Het probleem met deze klachten is dat ze de verkeerde kant opgaan. Men blijft geloven in democratie als oplossing. Men vraagt meestal om méér inspraak en niet om minder democratie. Men blijft geloven dat vrijwel alle zaken democratisch moeten worden beslist, in plaats dat ze gewoon aan het individu moeten worden overgelaten, zoals huisvesting, scholing, arbeid, gezondheidszorg en pensioenen. Men blijft een grote rol toebedelen aan de centrale staat. Het morele en praktische probleem met meerderheidsdwang wordt evenmin ter discussie gesteld.’
U wilt toch geen dictatuur?
‘Het alternatief voor democratie hoeft geen dictatuur te zijn. Daar ben ikzelf in elk geval helemaal niet voor. Ik zeg ook niet dat democratie weg moet; als ze in een relatief klein gebied wordt toegepast, kan het werken. Ik pleit voor meer individuele vrijheid, omdat ik vind dat iedereen zelf moet kunnen bepalen wat hij met zijn leven doet, zolang alle individuen zijn beschermd tegen dwang en geweld. En ik pleit voor de mogelijkheid van allerlei nieuwe bestuurlijke eenheden die passen bij wat mensen willen en waaruit ze kunnen kiezen. Als mensen een democratie willen, vind ik dat prima. Als ze een dictatuur willen, ook goed.’

Wat is er mis met democratie?
‘Democratie is een vorm van collectivisme. Het is een systeem waarbij het individu ondergeschikt is aan het collectief, zoals ook bij het fascisme en communisme. Het is het idee dat we met z’n allen over alles kunnen of moeten beslissen en dat de uitkomst dan door iedereen moet worden gevolgd, ook door hen die ertegen waren. Democratie zorgt voor maatschappelijke spanningen, omdat de winnaars van de verkiezingen over de verliezers heersen. Daarmee zet democratie groepen tegen elkaar op.’
Maar in elk geval leidt democratie wel tot meer welvaart; de rijkste landen hebben een democratie.
‘Een correlatie is nog geen bewijs voor een causaal verband. Democratie leidt tot steeds hogere publieke schulden, omdat politici door hun beperkte regeringstermijn zich gedragen als kortzichtige huurders van het land, wetende dat de schulden die ze maken, moeten worden terugbetaald door hun opvolgers. Democratie leidt ook tot hoge belastingen, omdat kiezers hun persoonlijke doelen, zoals hogere uitgaven voor ontwikkelingshulp, defensie of orkesten op de collectieve rekening proberen te zetten. Dat is net als wanneer je met een miljoen mensen uit eten gaat en de rekening deelt: iedereen krijgt een sterke impuls meer te bestellen dan hij normaal zou doen, wat leidt tot een gigantische rekening. Mijn conclusie is dat democratie een rem zet op groei en leidt tot verspilling.’
U bent voor meer individuele vrijheid. Is democratie niet synoniem aan vrijheid?
‘Democratie is juist het tegenovergestelde van vrijheid. Je bent niet vrij als de meerderheid jou vertelt hoe je je moet verzekeren, dat je de helft van je inkomen moet afstaan, naar welke scholen je mag of moet en wat je daar leert, welke beroepen je wel of niet mag uitoefenen tegen welke voorwaarden, waar je mag roken, of en voor hoeveel je je woning mag verhuren, of je een werknemer mag ontslaan, of je een boom in jouw tuin mag omhakken, welke therapieën je als patiënt mag ondergaan, of je euthanasie mag plegen, et cetera. Al deze zaken en vele andere worden democratisch opgelegd aan het individu. Vrijheid gaat juist over wat niet collectief, maar individueel wordt beslist. Het individu zou vrij behoren te zijn om volledig te beschikken over zijn eigen leven, bezittingen en vruchten van arbeid zolang hij geen geweld, fraude of diefstal pleegt. Het collectief daar niets mee te maken.’
Dat klinkt niet heel sociaal.
‘Democratische dwang wordt vaak verdedigd vanwege sociale bedoelingen, maar dwang is helemaal niet sociaal. Als een straatrover het geroofde geld aan Afrika geeft, is hij daarmee nog niet sociaal.’
Maar waar blijft dan onze solidariteit? Nu bieden we zorg voor de zwakkeren via collectieve belastingen.
‘Haha, die solidariteit is een gedwóngen solidariteit – en dat is een contradictio in terminis, want solidariteit impliceert vrijwilligheid en die is er in ons geval niet. Aan de andere kant, ik geloof dat heel veel mensen voorstander zijn van solidariteit. Mensen hebben er toch ook voor gestemd? Maar het sociale gedrag dat mensen willen uiten, kunnen ze volgens mij effectiever uiten in kleinere eenheden. Dan hebben ze meer invloed op de vraag aan wie hun geld wordt besteed en mensen die de boel bedriegen, kun je er makkelijker uit filteren. Ons huidige collectivistische stelsel creëert steeds hogere uitgaven, maar ook steeds meer zwakkeren en steeds meer fraudeurs, doordat alles op de grote rekening gaat.’
De vraag blijft of dat sociale gedrag er komt zonder ‘gedwongen solidariteit.
‘Als je zegt dat we zoiets niet kunnen weten, erken je eigenlijk dat een democratie een systeem is waarbij de wensen van de bevolking niet worden gehoord, maar mensen dwingt om iets te doen dat ze niet willen. Immers, zodra je ze vrij laat, zouden ze het niet meer doen. Maar dat lijkt me in dit geval sterk. De meeste mensen wíllen een sociaal vangnet, dus waarom zouden ze daar opeens niet meer voor kiezen als we de huidige verzorgingsstaat ontmantelen?’
Is dat gevoel van verantwoordelijkheid het grote voordeel van de door u bepleite keuzevrijheid van bestuur?
Nee, het grote voordeel zit in de concurrentie. Neem Zwitserland, weliswaar een democratie, maar eentje die veel decentraler wordt bestuurd dan Nederland. Naast 2900 gemeenten heeft Zwitserland 26 kantons, die een behoorlijke autonomie genieten en met elkaar concurreren op gebieden als belasting en regelgeving. Zo’n diversiteit van bestuur is gezond. Daarom ben ik voor het recht voor gebieden om zich af te scheiden.
Waarom zou Friesland geen lagere omzet- en inkomstenbelasting mogen heffen dan andere provincies? Zo zou Friesland kunnen concurreren met bijvoorbeeld Zuid- Holland en nieuwe bedrijven en bewoners kunnen aantrekken. Via kleinere bestuurlijke eenheden die verschillen in wetten en regels brengen we de menselijke maat terug in ons bestuur. Ze zorgen ervoor dat burgers en bedrijven kunnen stemmen met hun voeten, zoals ze dat doen in de vrije markt. Dat is een veel betere manier van invloed uitoefenen dan stemmen met het potlood.

Dit interview verscheen in de september editie 2012 van het magazine
ODE (voor Intelligente Optimisten). De afbeeldingen zijn door MeerVrijheid toegevoegd en staan niet in het origineel.