12 april 2006
Inderdaad, het was Adolf Hitler, en ik moet hem helaas helemaal gelijk geven. Hele grote leugens, die elk voorstellingsvermogen te boven gaan, worden makkelijker geslikt dan kleintjes. Domweg omdat de meeste mensen, in hun primitieve eenvoud van geest, de gedachte niet toelaten dat hun eigen leiders zo diep kunnen zinken.
Hitlers gelijk op dit punt wordt keer op keer weer bewezen. Ga maar na: Clinton is niet weggekomen met zijn triviale gejok over Monica Lewinsky. Er is zelfs een parlementair onderzoek van 40 miljoen dollar tegenaan gegooid om hem als overspelige bedrieger te ontmaskeren, en hij ontsnapte ternauwernood aan een impeachment procedure.
Maar Bush en Blair hebben zich nooit hoeven verantwoorden voor hun leugens over de massavernietigingswapens van Saddam Hoessein, waarmee zij tienduizenden onschuldige mensen onder valse voorwendselen een wisse dood hebben ingejaagd. Eveneens is Bush tot op heden weggekomen met zijn aan alle kanten rammelende lezing over de aanslagen van 11 september. Terwijl het inmiddels toch als een paal boven water staat dat hij op de hoogte was van het naderend onheil, maar niets heeft ondernomen. Zelfs het feit dat hij de officiële 9/11 onderzoekscommissie stelselmatig dwarsboomde, en afscheepte met een budget van 3 miljoen dollar baarde nauwelijks opzien. Veertig miljoen voor een onderzoek naar the presidents dick! En slechts 3 miljoen voor een onderzoek naar de meest wereldschokkende gebeurtenis sinds Pearl Harbor! En de grote massa slikt dat gewoon, de media voorop! “Ïk geloof niet in complotten”, is steevast hun enige commentaar. Zij beschouwen deze stompzinnige dooddoener blijkbaar als een bewijs van hun kritisch vermogen. Zij laten zich niet op sleeptouw nemen door paranoïde complotdenkers!
Wat zijn kiezers toch hardleers. “Als vadertje Stalin maar wist wat er in zijn naam met de koelakken in de provincie gebeurt, dan zou hij er wel een stokje voor steken!” maakten die stakkers van Russen elkaar wijs. Men wil coûte que coûte blijven geloven in de integriteit en de goedheid van de machthebbers. En hoe meer de bewijzen tegen die lui zich opstapelen, hoe hardnekkiger men in hun onkreukbaarheid gelooft. Hitler had helemaal gelijk: juist bedrog van astronomische proporties, dat gaat er in als koek. Mijn eigen vader, een halfjood, wilde in 1944, naar eigen zeggen, nog steeds niet geloven dat de nazi’s joden vergasten. Dat moesten wel indianenverhalen zijn, want zo verdorven was toch zeker niemand?
Hoe de media aan grootscheepse volksverlakkerij meewerken, dat werd me pas goed duidelijk tijdens de oorlog in Kosovo. De oorlogspropaganda die onze buitenlandredactie toen uit begon te kramen, die had ik in een vrij land met een vrije pers niet voor mogelijk gehouden. De Serviërs waren de nieuwe nazi’s, en de Albanezen waren de nieuwe joden, daar kwam het kortweg op neer. Op de voorpagina hadden we met koeienletters gemeld dat er in Kosovo maar liefst 500.000 Albanezen waren uitgeroeid. Op wiens gezag dat is gebeurd moet u mij niet vragen. En het is ook nooit gerectificeerd. Een paar weken later waren het er plotseling 100.000 geworden, en tenslotte verlaagden we ons bod naar 10.000. Zonder de lezers excuses aan te bieden voor al die uit de lucht gegrepen cijfers. Enfin, op een goeie dag kwamen er op onze burelen een paar luchtfoto’s binnen, die moesten bewijzen dat er in Kosovo een genocide zonder weerga aan de gang was. Ze kwamen van de NAVO, dus ze gingen ongezien de krant in.
Omdat ik tegen die tijd niemand meer geloofde, en de NAVO al helemaal niet, bekeek ik ze eens aandachtig. Het waren twee luchtfoto’s van hetzelfde gebied, genomen met een tussenpoze van 24 uur. Op de linker foto was niks bijzonders te zien. Maar op de rechter, die een dag later was genomen, was volgens de NAVO een massagraf waarneembaar. "Sjongejonge", dacht ik bijmezelf, "wat houden die Serviërs er een rare massagraven op na!" De slachtoffers waren namelijk, zo te zien, allemaal afzonderlijk begraven. Je zag een stuk of dertig streepjes op die foto, keurig op rijtjes, net als op een ordentelijk kerkhof. Was dit soms de nieuwe trend bij genocides? Waarom hadden die Serviërs de lijken niet gewoon met z’n allen in één grote kuil gebuldozerd, zoals te doen gebruikelijk bij massaslachtingen?
Maar het gekste van alles was dat er op de rechter foto een huisje stond dat op de linkerfoto nergens te bekennen was. Dus of de Kosovaren hadden, tussen de NAVO bombardementen en de massamoorden door, kans gezien om in één nacht een huisje te bouwen, of er was met die foto’s geknoeid. Ik probeerde de fotoredactie hierop attent te maken, maar het interesseerde ze daar geen fluit. Ze wilden er niet eens naar kijken. Ze hadden het veel te druk met de zoveelste persconferentie van Jamie Shea. Ook mijn chef vond mijn achterdocht volstrekt misplaatst. Als ik dacht dat die foto’s gemanipuleerd waren, dan moest ik ze maar aan Estec Noordwijk of aan TNO in Rijswijk voorleggen. Alleen als ze daar ook moeite hadden met dat in één nacht gebouwde huisje, dan hadden we misschien een bericht, volgens hem. Ik belde Estec en TNO, met het verzoek of ze die foto’s voor me wilden checken. Maar dat wilden ze niet. Waarom niet? Vroeg ik. “Wij gaan geen oordeel uitspreken over foto’s waarvan wij de herkomst niet kennen”, sprak de woordvoerder. “Maar de herkomst is bekend”, zei ik. “Die foto’s zijn van de week aan de pers uitgedeeld door de NAVO in Brussel.” Maar ik kon hoog en laag springen; ze wilden hun vingers er niet aan branden. Ze gingen niet door het beleid van hun eigen bazen bij Defensie heen fietsen, daar kwam het op neer.
Uiteindelijk vond ik in Almere een cartograaf, die al zijn leven lang landkaarten maakte op basis van luchtfoto’s. “Mail me die foto’s maar toe”, zei die man, “dan kijk ik er wel effe naar”. Twee uur later belde hij terug, met de mededeling dat ermee was geknoeid. Hij sprak van plaknaden. Bovendien was de tweede foto volgens hem een gekantelde versie van de eerste. En op de plek waar op de rechter foto die zogenaamde massagraven stonden, was op de linkerfoto alleen een vage vlek te zien. Daar was volgens hem met een doezelkwast gewerkt.
“Bingo!” Riep ik tegen mijn chef. “Ik heb het bevestigd gekregen van een deskundige. Mag het nou de krant in?” Maar het mocht niet. De lezing van de NAVO in twijfel trekken? Op gezag van een onbekende cartograaf uit Almere? No way! Uiteindelijk werd het, na ontzettend veel getouwtrek, een klein berichtje op pagina negen, dat niet het geringste opzien baarde.
Een paar weken later vertelde ik dit verhaal aan Pierre Vinken, die toen mijn hoogste baas was bij PCM. Die man heeft schijt aan de autoriteiten, en een vrij hoge dunk van mij, dus ik dacht dat hij me wel serieus zou nemen. Maar hij geloofde me ook niet. “Het kan niet waar zijn dat er met die foto’s is geknoeid”, deelde hij mee. “Want als dat waar was, dan was het wereldnieuws, en dan had het wel op alle voorpagina’s gestaan.”
Die journalisten toch. Eerst zelf een misstand verzwijgen, uit angst om last te krijgen met de autoriteiten, en vervolgens uit dat zwijgen afleiden dat die misstand dus niet bestaat! “Want anders hadden we er wel over geschreven”. Als dat geen cirkelredenering is, dan weet ik het niet meer.
De doorsnee journalist, zo heb ik inmiddels gemerkt, weigert te geloven dat het mogelijk is om Hele Grote Schandalen in de doofpot te stoppen. Want als Bush werkelijk op de hoogte was van 9/11, en het moedwillig heeft laten gebeuren omdat hij een aanleiding nodig had om Irak binnen te vallen, dan zouden er toch zeker wel mensen alarm slaan, ook binnen de regering? "Maar die zijn er ook", zeg ik dan. "Talloze senatoren hebben zich niet bij de cover-up willen neerleggen. Ze hebben petities ondertekend waarin wordt gepleit voor heropening van het onderzoek, en voor impeachment van Bush, wegens grove misleiding van het congres. Maar ze worden door jullie consekwent geridiculiseerd als conspiracy nuts, die in ufo’s en graancirkels en aliens geloven, en eigenlijk in een gekkenhuis thuishoren."
Maar de achterdocht van die mensen is volkomen terecht. De bewijzen dat de Bush-administration een uitermate smerig spelletje heeft gespeeld in de aanslag op de Twin Towers zijn overstelpend. Het mooiste voorbeeld is building 7. Dat gebouw is ook als een kaartenhuis ineengestort, net als de Twin Towers. Terwijl het niet geraakt was door een vliegtuig, en niet eens in lichterlaaie stond. En dat gebeurde –let wel - om 5 uur ’s middags. Hoe, vraag ik u af, heeft Osama dat voor elkaar gekregen? De officiële onderzoekscommissie wist het ook niet:
"The specifics of the fire in WTC 7, and how they caused the building to collapse remain unknown at this time". En daar neemt de pers genoegen mee? Aan die twee piepkleine brandjes in het gebouw kan het niet gelegen hebben, dat staat vast. Zelfs de sprinkler-installatie zou daar geen moeite mee hebben gehad, laat staan de brandweer. Als de beelden bekijkt (je moet daarvoor wel een dvd bestellen, want in de mainstream media worden ze zelden of nooit vertoond) kun je maar één conclusie trekken: dat gebouw is met explosieven opgeblazen. Het zakt rechtstandig in de grond als een lift in een liftkoker, met de snelheid van een vrije val. Zo zakken oude fabrieken ineen, die door experts worden gesloopt via 'controlled demolition'.
De lulkoek van de onderzoekscommissie is verder lijnrecht in tegenspraak met de verklaring van Larry Silverstein, de huisbaas van building 7. Hij beweerde indertijd op de tv dat die middag in overleg met de brandweer was besloten om het gebouw te vernietigen, omdat het niet meer te redden was. Heeft de onderzoekscommissie die uitzending soms gemist? Hebben ze Larry Silverstein niet eens gesproken? Wie liegt er hier, de commissie of Silverstein? En waarom zoekt de pers dat niet tot de bodem uit? Vinden ze het soms niet belangrijk? Of helpen ze moedwillig mee om al die stinkende zaakjes in de doofpot te proppen?
Ik zal u nog eens wat vertellen: op de 23ste verdieping van building 7 was kort tevoren een emergency command center gebouwd voor burgemeester Giuliani. Kosten: 15 miljoen dollar. De etage was voorzien van kogelvrije ramen, en een afzonderlijke lucht- en watervoorziening. De stad New York beschikte dus over een spiksplinternieuw, selfsupporting, bomvrij crisis-centrum pal naast de Twin Towers. Een ideale plek, zou je zeggen, om de rampenbestrijding te coördineren. En vervolgens wordt dat crisis centrum niet gebruikt! Sterker nog: in overleg met de brandweer wordt besloten om de hele santekraam te vernietigen! Als we de huisbaas tenminste geloven moeten. Enfin, zo zou ik nog wel uren door kunnen gaan, maar u kunt beter via internet de dvd en het boek “Painful Questions” bestellen, van Eric Hufschmid. Dan kunt u met eigen ogen zien wat er allemaal door de mainstream media onder het tapijt is gemoffeld.
De vraag is natuurlijk: waarom stellen de mainstream media al die ongerijmdheden niet aan de kaak? Waarom spurten ze dag en nacht met hun microfoons van de ene autoriteit naar de andere, en gebruiken ze niet hun gezonde boerenverstand? Hebben ze nou werkelijk niet in de gaten dat misleidende publiciteit voor de autoriteiten een machtiger wapen is dan tanks en bommenwerpers? Het zou waarachtig de eerste keer niet zijn dat great and beloved leaders aanslagen op hun eigen bevolking ensceneren om publieke verontwaardiging te genereren jegens de vijand. Jules Croiset is echt niet de enige gek die zoiets doet. Politici hebben er ook een handje van.
Het bloedbad op de markt in Sarajewo, waarbij honderden moslims werden gedood, was beraamd door moslims, om de NAVO tot bombardementen op Servië te bewegen. De cameraploeg die de aanslag “toevallig” vastlegde was zelfs van tevoren ingelicht dat er die dag op de markt een primeur te halen zou vallen.
En het zijn echt niet alleen moslims die zulke trucs toepassen. De CIA had reeds in jaren zestig een uitgewerkt plan klaarliggen om aanslagen te plegen op Amerikaanse burgerdoelen, teneinde een aanleiding te creëren voor een invasie op Cuba. Het originele document is op internet te bewonderen, als u me niet gelooft. En zelfs de “verrassingsaanval” op Pearl Harbor was doorgestoken kaart, zoals u misschien weet. Roosevelt was ruim van tevoren op de hoogte, o.a. dankzij zijn eigen geheime dienst op Honolulu. Op 4 december 1941, 3 dagen voor de aanval, bereikte de jobstijding generaal Powell in Washington, die hem doorgaf aan Roosevelts minister van Marine Frank Knox en diens tweede man James Forrestal. Die op hun beurt weer alarm sloegen bij Roosevelt zelf. Maar Roosevelt deed niks. Nou ja niks… hij liet Powell, Knox en Forrestal onder militair toezicht plaatsen, en hield ze achter slot en grendel tot Pearl Harbor goed en wel achter de rug was. Boze tongen beweren zelfs dat de Japanners door de VS zijn betaald om Pearl Harbor aan te vallen. Want Roosevelt wilde koste wat kost Amerika laten deelnemen aan de Tweede Wereldoorlog, dat was common knowledge. Maar daarvoor was natuurlijk wel een aanleiding vereist, en daar werd dan ook driftig aan gewerkt. “Alles staat of valt met de vraag”, zo schreef zijn minister van Oorlog Henry Stimson op 25 november 1941 in zijn dagboek, “hoe we de Japanners zover kunnen krijgen dat zij het eerste schot lossen.” En Roosevelts voorganger Herbert Hoover formuleerde het in 1941 aldus: “De Roosevelt-administration doet alles wat in haar vermogen ligt om ons via een Japanse achterdeur de oorlog binnen te loodsen.”
![]() |
Pamela Hemelrijk (1947 - 2009) heeft twaalf jaar voor het ANP gewerkt als algemeen verslaggeefster, en tien jaar voor het Algemeen Dagblad, als feature-reporter en columniste.
Steeds meer conflicten met de hoofdredactie wegens het buiten hangen van de vuile was, en censuur op columns. Kreeg in 1995 een verbod om nog langer columns te schrijven over Srebrenica. (Hoofdredacteur: "Jij altijd met je gezeur over de waarheid, de hele waarheid en niets dan de waarheid; wij moeten hier een krant maken ja? Wij hebben hier te maken met de orde van de dag ja?")