11 april 2003
MeerVrijheid is van mening dat het streven naar maximale winst van ondernemers en aandeelhouders net zozeer sociale vooruitgang is. Winst is het salaris dat ondernemers verdienen met hun werk (het organiseren van productie) en aandeelhouders met hun investeringen (het financieren van productie). En waarom zouden niet ook ondernemers en aandeelhouders zo veel mogelijk mogen verdienen aan hun dienstverlening?
Bovendien is het streven naar zo veel mogelijk winst uiteindelijk goed voor iedereen. Mensen kopen waar ze behoefte aan hebben en mensen die producten maken waar veel behoefte aan is zullen goed verkopen en doorgaans veel winst maken. Het maken van winst is dus een teken dat men er goed in slaagt in de behoeften van anderen te voorzien. Meervrijheid is mede daarom voor het afschaffen van belastingen op winst (vennootschapsbelasting, dividendbelasting, belasting op renteinkomsten). Waarschijnlijk zijn deze belastingen schadelijker voor de welvaart en economische groei dan andere belastingen, omdat ze kapitaalsinvesteringen minder interessant maken en de prikkel voor het streven naar efficiëntie verminderen.
Is het beter dat diensten door de overheid geleverd worden, omdat de overheid niet naar winst streeft? Nee. Het winst/verlies systeem en vrije concurentie tussen bedrijven in de markt zorgen ervoor dat bedrijven een maatstaf voor efficiëntie hebben. Als consumenten direct hun geld uitgeven bij de bedrijven die goederen en diensten leveren, in plaats van dat het geld stroomt via de lange en bureaucratische weg van de overheid, dan hebben ze de neiging bij dat bedrijf te kopen dat de gunstigste prijs/kwaliteit verhouding levert. Om zoveel mogelijk winst te maken, zal elk bedijf proberen zo hoog mogelijke kwaliteit te leveren voor een zo laag mogelijke prijs vergeleken met de concurenten, zodat het zoveel mogelijk verkoopt. En producten maken die zo goed mogelijk overeenkomen met een bestaande behoefte. Om zoveel mogelijk winst over te houden moet een bedrijf ervoor zorgen dat de productiekosten van elk product zo laag mogelijk zijn.
Het winst/verlies mechanisme is dus voor elk bedrijf een maatstaf voor efficiëntie. Als het bedrijf relatief efficiënt produceert (ten opzichte van zijn concurenten) maakt het winst en als het relatief inefficiënt produceert maakt het verlies. Dit systeem werkt niet meer als de overheid een instelling subsidiëert of verzorgt. Met een gesubsidieerde instelling valt moeilijk te concurreren. Subsidie is valse concurentie. Een gesubsidieerde instelling wordt niet uit de markt geprijst als het minder efficiënt produceert dan noodzakelijk zou zijn in een vrije markt. Daarom zijn gesubsidieerde instellingen doorgaans minder efficiënt dan gewone bedrijven. Consumenten zullen dus goedkoper uit zijn als ze producten kopen van ondernemeningen die naar winst streven, dan dat ze via belastingen en subsidies meebetalen aan overheidsdiensten of gesubsidieerde nonprofit-instellingen.
Mensen die denken dat een nonprofit-instelling zonder overheidssubsidie goedkoper kan produceren dan een naar winst strevende ondernemening staat het vrij om nonprofit-bedrijven te beginnen die concurreren met gewone bedrijven. (Hoewel het dan onduidelijk is hoe de financiers van het bedrijf beloond moeten worden.) Als hun producten inderdaad goedkoper zijn, dan zullen alle naar winst strevende ondernemingen verdwijnen omdat zij de concurrentiestrijd verliezen. Uit het feit dat dit bijna niet gebeurt kunnen we concluderen dat op winst gebaseerde bedrijven doorgaans goedkoper kunnen leveren dan nonprofit-instellingen.
Gerelateerde links:
- Profit and loss
- What is Profit?
- Defend the Profit Motive - or Perish
- Bart Croughs: Zelf rijk worden