Liberalisering van onderwijs

Door Leo Paulus

17 maart 2003

Veel mensen - en niet alleen socialisten maar ook liberalen en zelfs libertariërs - vinden de volgende zaken zo belangrijk dat ze niet aan op centen beluste bedrijven moeten worden overgelaten, maar aan een rechtvaardige staat, zodat ze zeker goed zullen draaien: zorg, veiligheid en onderwijs.

Wellicht kan aan dat rijtje ondertussen ook infrastructuur worden toegevoegd, maar dat even terzijde. In dit artikel beperk ik mij tot het onderwijs.

De staat regelt vrijwel volledig het onderwijs in Nederland. Er is een basisschool van groep 1 t/m 8, en van te voren is voorgeschreven wat ze de leerlingen er moeten krijgen (OCW: pag 57), dat er 3520 lesuren per jaar in de eerste 4 jaar en 4000 in de laatste 4 jaar moeten zijn en hoeveel lesuren ze leerlingen maximaal op een dag mogen krijgen (OCW: pag 26), de stof is voorgeschreven en geld om het te realiseren is altijd beschikbaar (OCW: pag 29 - 2.12). Wie overigens het kopje 'ontwikkelingen' op de genoemde pagina leest, ziet dat de overheid minder dwingend het aantal lesuren per jaar wil voorschrijven. Het kost de overheid alleen nogal eens wat tijd om in te spelen op huidige ontwikkelingen.

Wie het anders wil dan wat hier is beschreven, heeft pech gehad, en betalen zal hij anders zal-ie ervan lusten! Zulke abjecte meningen kunnen in deze samenleving niet worden getolereerd; deze arme drommel of kwaadaardige betweter moet tot de orde worden geroepen voordat hij zijn kinderen zonder voldoende politiek correcte indoctrinatie of een gebrekkige kennis van vaderlandse geschiedenis naar de middelbare school stuurt. Als hij vindt dat zijn nageslacht te weinig kennis van eenvoudige zaken als rekenen of de Nederlandse taal krijgt, dan regelt hij dat maar in z'n vrije tijd.

Nadat het kind deze school heeft doorlopen wordt het tijd voor de middelbare school. Een gebrek aan kennis over bijvoorbeeld de slavenhandel, die Nederland nooit met voldoende schaamte heeft willen onderwijzen, kan hier nog worden gecompenseerd. Dat ze ook niets weten over slavenhandel heden ten dage in Afrikaanse of Arabische landen wordt overigens wel ruimhartig vergeven, maar dat terzijde. En uiteraard krijgen ze nieuwe zaken te leren. De overheid begint het langzaam maar zeker welletjes te vinden, want op hun zestiende is de verplichte aanwezigheid opgeheven. Dat is voor velen een reden om dat hele geweldige onderwijs ver achter zich te laten en te gaan werken, doorgaans in banen die ze decennia later nog vervullen als ze dan niet al thuis zitten. Dat laatste zien velen ook niet zitten, en zij gaan door tot een eindexamen. De overheid heeft ook hier weer bepaald hoe alles eruit moet zien, welke stof er wordt gegeven, hoe/wat er getentamineerd gaat worden, in welk tempo het moet gaan, wat er nodig is om voor de klas te staan etc (OCW: pag 14).

Nu is bekend dat aan het begin van deze eeuw onderwijs volstrekt foutief werd gegeven.Een leraar stond voor de klas zijn kennis te dumpen, en leerlingen moesten deze als sponsen opnemen. Deze afschuwelijke situatie is onlangs (ca. 4 jaar geleden) hersteld, en onderwijs is nu zoals het hoort. Overigens bepaald door mensen die onder het oude systeem waren opgeleid, zodat aan hun kennis van zaken en met name hun vermogen tot zelfstandig werken ernstig getwijfeld dient te worden. Enkele jaren voor de tweede fase is overigens ook een belangrijk hiaat uit de opleiding van onze toekomstige vaklieden gehaald: hun theoretische kennis bleek volstrekt onvoldoende te zijn om zich in de huidige, dynamische en kennisgerichte maatschappij te handhaven. Nu is gelukkig ook dat hersteld. Velen die echter gewoon een vak wilden leren, hebben het uitgehouden tot hun 16e, en zijn toen gaan werken om dan maar op die manier hun vak te leren. Ik heb nu al medelijden met deze hardwerkende vakmensen, omdat ze zich niet zullen kunnen handhaven in … enz. Kijk maar goed naar de vorige generatie die genadeloos onderuit is gegaan, en leer ervan!

Nu wordt het onderwijs, net als alle staatsinstellingen, geplaagd door ernstige problemen zoals tekorten, overvolle klassen, gebrek aan etnische diversiteit (daarbij doel ik niet op melkwitte scholen), ordeproblemen die soms de vorm van criminaliteit aannemen, grote aantallen drop-outs etc. De oplossingen van de overheid zijn doorgaans simpel. Roep dat er meer geld heen moet en na wat soebatten komt het er vaak ook wel (bang als partijen zijn voor verlies aan kiezers/macht) en het wordt 'in het onderwijs' gepompt. Daarna zouden de problemen opgelost moeten zijn.Nu is onderwijs al een enorme kostenpost op de Nederlandse begroting en toch zijn deze problemen er nu al. Dat meer geld niet altijd de oplossing is, snappen deze partijen echter ook wel. Immers, zijn zij niet uitverkoren om de baas te spelen over de mensen in heel het land, gekozen door de meeste mensen? Ze moeten wel heel wat in hun mars hebben!

Dus gaan ze zich ook inhoudelijk met onderwijs bemoeien. Voorbeelden daarvan te over. De gehele inrichting van het onderwijs is al bepaald, welke vakken er worden gegeven etc. De school heeft betrekkelijk weinig om zelf in te vullen. Tijdens de IT-rage in dit land (die inmiddels al lang weer voorbij) bijvoorbeeld werd bepaald dat scholen luxe-artikelen als computers moesten gaan gebruiken (lees o.a. http://www.nrc.nl/W2/Nieuws/1998/06/23/Med/01.html). Dit terwijl er een tekort aan IT-personeel was, computers zeer snel verouderen en de schare aan educatieve software op dat moment ernstig te wensen overliet. Daar was dan wel geld voor, want dat deed het wel in de verkiezingen tijdens de IT-rage. Ook bepaalt de overheid wie een lesbevoegdheid krijgt. Wie een student wiskunde met goede cijfers in wil zetten om aan brugklassers de abcformule te onderwijzen loopt kans op een boete. In de IT-branche was het personeelstekort in enkele jaren weggewerkt, zelfs met de milleniumbug op het hoogtepunt. Dat kwam o.a. omdat bedrijven, in tegenstelling tot scholen, wel zelf hun salarissen mogen bepalen, en bepalen wie ze aannemen, zodat er talloze mensen 'van stal' werden gehaald om de ergste nood te lenigen. Nu heeft de markt de tekorten alweer aangevuld. Zonder dat een overheid er iets aan gedaan heeft, behalve de zaak z'n gang laten gaan.

Deze analogie met de IT-sector is om verschillende redenen zeer interessant. Zoals onderwijs als eerste levensbehoefte wordt gezien, zo is er vandaag de dag weinig waar niet op de een of andere manier van automatisering gebruik wordt gemaakt (het onderwijs niet uitgezonderd, ook daar gaat zeer veel administratie met computers en netwerken). IT is net zozeer een basisbehoefte als onderwijs, maar veel onzichtbaarder. Ook de IT-sector heeft, zoals ik al beschreef, te maken gehad met personeelstekort. Het belangrijkste verschil is echter: de overheid laat de IT-branche met rust, en het onderwijs niet. Integendeel, daar wordt zeer veel geld van buitenaf ingepompt en is er veel inhoudelijke bemoeienis. Toch draait de IT-branche beter, en zijn weinigen van de geneugten ervan verstoken. Terwijl niet iedereen goed onderwijs krijgt. Een reden dus om zeer serieus te kijken naar de liberalisering van de onderwijsmarkt.

Niet de gehele onderwijsmarkt staat overigens onder zware staatstoezicht. De overheid bepaalt inhoudelijk vrij weinig bij het beleid van universiteiten en hogescholen. Ze mogen zelf bepalen welke vakken ze geven, wanneer in het jaar, hoe ze ingericht worden en hoe ze gehonoreerd worden etc. De lengte van de studie en het systeem van studiepunten ligt wel redelijk vast, maar deze zouden weinig afwijken indien de opleiding het zelf mocht invullen. Veel werkcolleges worden gegeven door mensen die korte tijd geleden zelf nog van de opleiding afkwamen (AIO's, of soms ouderejaars studenten). Personeelstekorten kunnen op die manier veel beter worden opgevangen dan bij het starre systeem van basis- en middelbare scholen. De overheid doet hier weinig anders dan betalen en diploma's erkennen. De doemscenario's die antimarktdenkers voorspellen indien de onderwijsmarkt wordt geliberaliseerd, zijn hier uitgebleven; er komen nog steeds goed opgeleide mensen van de universiteiten en hogescholen. Daar waar de overheid zich actief bemoeit met bijvoorbeeld studentenaantallen (denk aan lootstudies) treden problemen op die onoplosbaar zijn zolang de overheid denkt het beter te weten dan de mensen zelf.

Indien scholen zelf mochten bepalen wat ze deden, zou al verbetering optreden. Scholen met bevlogen directies die ernaar streven zo goed mogelijk onderwijs te geven, zouden kunnen experimenteren met systemen om het te verstrekken. Daar waar vroeger het klassikaal lesgeven de norm was, is dit later nogal abrupt door de tweede fase vervangen. Indien scholen zelf mochten kiezen zouden deze twee systemen ongetwijfeld een tijdje naast elkaar blijven bestaan - scholen zouden zelf bepalen wat ze het beste vinden - , zodat gekeken kon worden wat de beste resultaten oplevert. De voor- en nadelen van beide systemen zouden naar voren komen, en wellicht zou een compromis nodig zijn. Scholen zouden, in tijden van tekorten, kunnen bepalen dat studenten in een relevant vakgebied gewoon les mochten geven (voor een salaris waar een 'echte' docent zijn neus voor ophaalt) zodat er in elk geval les gegeven wordt.

Studenten die dan voor de klas worden gezet maar hun werk niet goed doen of konden doen, worden dan vervangen voor betere, of er moet een ander systeem worden gevonden waarbij het zonder deze student ook werkt. Scholen die hun best doen zouden al deze systemen gaan aftasten. Velen zullen het misschien absurd gaan vinden dat een professionele, goed getrainde en ervaren docent met veel talent voor een brugklas wordt gezet, terwijl er elders tekorten zijn en er leerlingen aandacht tekort komen die ze wel nodig hebben. Als scholen computers willen gaan gebruiken, is dat hun goed recht, evenals het recht om geld elders te besteden. Als klassen te groot zijn zodat de kwaliteit van het onderwijs afneemt, zullen de prijzen van onderwijs stijgen. Nu stijgen de belastingen… Een school zou ook zijn beste leerlingen zelfstandig kunnen later werken onder een toezichthouder met vakkennis (zoals de hierboven beschreven student), zodat de wat minder intelligente onder begeleiding van de ervaren docent aan de slag gaan. De school zal erop gebrand zijn goed onderwijs te geven.

De angst bestaat bij velen dat de kosten van het onderwijs onbeheersbaar zullen worden (alsof ze dat nu al niet zijn). De kans daarop is zeer klein. Er zijn sectoren waar de overheid zich niet mee bezighoudt. Onder andere de productie/distributie van voedsel, kleding etc. Onderdak daarentegen is een ander verhaal, en daar zijn ook tekorten. Toch heeft iedereen in dit land kleding en voldoende voedsel. De kans bestaat dat er dure opleidingen zullen komen voor mensen met veel geld. Indien iemand echter onderwijs wil leveren en iemand anders wil ervoor betalen, dan zie ik het probleem daarvan niet. De eerste auto's, GSM's, CD-spelers en tabakspijpen waren ook voor de 'rijken', en nu zijn ze gemeengoed.Er zullen ongetwijfeld goedkope onderwijsvormen ontstaan die desondanks aan de eisen kunnen voldoen.

Bovendien zou de overheid geld kunnen verstrekken aan mensen om onderwijs te kopen (niet erg libertarisch, maar wellicht noodzakelijk in de aanloop naar een libertarische samenleving). Zo verstrekt de overheid ook uitkeringen i.p.v. voedsel, onderdak en kleding, basisbehoeften van de mens. Als scholen of andere onderwijsleveranciers hun eigen prijzen mochten bepalen, zal echte prijsconcurrentie plaats gaan vinden. Scholen zullen per binnenkomende euro zoveel en zo goed mogelijk onderwijs willen leveren. De kwaliteit van het onderwijs kan, gezien de huidige stand van de techniek, dan zeer snel stijgen. Zo passen er ook 5 mobiele telefoons van nu in één van vijf jaar geleden, met veel lagere gesprekskosten. De ontwikkelingen in het onderwijs hebben echter langdurig stil gestaan, omdat er niemand beter werd van verbetering, uitgezonderd de leveranciers van de lesmethoden die op de markt werden gekocht. en overigens inhoudelijk kwalitatief enorme verschillen vertonen. De enige vorm van concurrentie die enigszins werkte was, dat ouders/leerlingen graag een goede school uitzoeken, en meer leerlingen betekent meer geld.

Onderwijs zag er zeker tot enkele jaren terug grotendeels zo uit als bijna een eeuw geleden. Het is merkwaardig dat, toen de aanblik van West-Europa voorgoed veranderde, de aanblik van de scholen nauwelijks wijzigde. En dat we toen, ondanks al onze technische vooruitgang en toegenomen welvaart, al op het optimum van onderwijs zaten zou buitengewoon merkwaardig zijn.

Een ander probleem dat anti-marktdenkers vaak aankaarten, zou de devaluatie van onderwijs zijn. Scholen zouden hun diploma's zo gemakkelijk mogelijk willen verstrekken zodat veel leerlingen het kunnen halen, en zo zouden ze extra klandizie en dus geld krijgen. Op dit moment is het de overheid die de normen vaststelt en middels de onderwijsinspectie in een bepaalde mate controleert, en manipuleer. Bovendien verstrekt de overheid via het CEVO en CITO de Centraal Schriftelijk Eindexamens, hetgeen een duidelijke normering mogelijk maakt. Maar dit betekent niet dat de overheid ook per definitie moet bepalen hoe er naar deze examens moet worden toegewerkt. Indien de overheid dit systeem van examens zou handhaven maar elke school zou vrijlaten wat betreft de manier om het te behalen, en de prijzen zou vrijgeven, zouden vanzelf de beste onderwijsmethoden 'bovendrijven'.

Bovendien zou het CITO concurrentie moeten toestaan. Een bedrijf dat goed thuis is in bepaalde vakgebieden - zoals universiteiten, hogescholen, bedrijven etc. zouden examens kunnen gaan aanbieden. Deze examens zullen slechts waarde hebben indien de leerling die ervoor slaagt ook daadwerkelijk voldoende kennis en vaardigheden verworven heeft. Een te soepele honorering zou de waarde van deze examens, en dus de winst van het bedrijf of welke instelling dan ook verminderen. Universiteiten zouden kunnen bepalen dat ze leerlingen met bepaalde examens los van het CITO gewoon toelaten, hetgeen nu al in een aantal gevallen mogelijk is voor buitenlandse studenten. En aangezien de universiteit ook een naam te verliezen heeft als die naam geld waard is, zullen ze niet al te zachtzinnig zijn, maar ook niet te streng, want weinig studenten betekent weinig geld.

Een laatste probleem van anti-marktdenkers is de uitsluiting van mensen die bijvoorbeeld een te gebrekkige intelligentie hebben of door bepaalde geestelijke of lichamelijk afwijkingen erg duur zijn in onderwijs. Voor zover deze risico's al bestaan, is het volledig door de overheid regelen van onderwijs geen goede oplossing. De overheid kan het beste alles aan de markt overlaten en desnoods geld verstrekken aan deze mensen. Een groot gedeelte zou door verzekeringen opgevangen kunnen worden. Zo zouden ouders zich voor de kosten van onderwijs van hun kinderen al voor hun geboorte kunnen verzekeren. Blijkt dat iemand speciaal onderwijs nodig heeft, dan zal de verzekering betalen.

Het is zeer de vraag of mensen, die voor het grootste deel het democratische systeem met hoge belastingen voorstaan, ineens de hand op de knip houden indien hun bijdragen vrijwillig zijn. Ik heb in elk geval nog nooit iemand ontmoet die zou weigeren te betalen voor armlastige mensen, zeker als ze buiten hun schuld door armoede getroffen zijn. Van de grote hoeveelheid socialisten weten we in elk geval zeker dat ze willen betalen, zoals hun eigen ideeën voorschrijven. Bovendien zou goed onderwijs op een goedkopere manier kunnen worden gegeven, zodat deze problemen vanzelf minder worden.

De overheid zou van onderwijs gewoon een bedrijfstak moeten maken die onderwijs in welke vorm dan ook aanbiedt, en die gewoon winst mag maken. De kans dat er mensen buiten de boot vallen is dan buitengewoon gering, temeer daar onderwijs veel meer als 'maatwerk' kan worden gegeven. Wie desondanks buiten de boot valt kan door de overheid financieel worden ondersteund, al is het de vraag of dat noodzakelijk is. Zeker gezien de huidige problematiek in het onderwijs, dat door de overheid al decennia gecontroleerd wordt, lijkt het me tijd dat de overheid het onderwijs met rust laat. Voor de problemen dermate ernstig zijn dat het ook weer decennia kost om ze op te lossen.

MeerVrijheid
webmaster@meervrijheid.nl