16 januari 2003
Na tientallen jaren experimenteren en evenzovele miljarden euro's zou je verwachten dat de Overheid met klinkende resultaten zou komen. Resultaten die zijn toe te schrijven aan de tot dusverre gecreëerde Heilstaat. Bijvoorbeeld in de gezondheidszorg, veiligheid, energie, vervoer, werkgelegenheid, en al die andere terreinen die de Overheid exclusief onder haar hoede genomen heeft.
Maar telkens blijkt dat ze daar ze op z'n best een 'matig zesje' scoort. En de schuld van het povere resultaat is dan altijd weer de Markt die zich heeft aangepast aan de nieuwe situatie. Mensen gaan nog vaker naar de dokter, gebruiken meer energie en zijn stukken mobieler dan twintig jaar terug. Maar de oplossing die de Overheid steevast hiervoor aandraagt is inmiddels bekend: er moet simpelweg meer geld bij om de kreukels recht te strijken.
Je hebt geen Overheid nodig om tot die slotsom te komen, zeker niet als het eindresultaat daarvan dan ook weer vol kreukels zit. Je zou denken dat diezelfde Overheid op basis daarvan inzicht toont en zich terug trekt uit al die vlakken waar ze telkens weer zo jammerlijk faalt. Zeker als je bedenkt dat een gelijk experiment eind jaren '80 in het Oostblok resulteerde in een ineenstorting van de economie aldaar.
Helaas, in Nederland wordt domweg als reactie op deze ineenstorting de lat nog wat hoger gelegd. Het aantal terreinen waar de Overheid zich mee ging lopen bemoeien werd uitgebreid met milieuverbetering en multiculturaliteit. En natuurlijk mag de Nederlander hiervoor flink in de buidel tasten via een breed scala aan belastingen. Die natuurlijk al verhoogd waren vanwege de matige resultaten van de reeds bestaande onderdelen van het economisch experiment.
Maar de Nederlander zeurt niet en is best content. Natuurlijk wordt er wel eens gemord, maar dat gedrag wordt vakkundig aangepakt door de propaganda van diezelfde Overheid. Voor het kleine zeer zet ze daarvoor Postbus 51, maar voor de grotere gewenste gedragsveranderingen gebruikt de Overheid allerlei belangenorganisaties. Die hier vanzelfsprekend veel subsidie voor ontvangen.
Deze belangengroepen hebben elk hun eigen terrein waar ze betaald met de feiten kunnen spelen. Hun overeenkomstige factor is echter dat ze vaak nog stukken progressiever zijn dan de overheid zelf. Feitelijk vormen ze een radikaal soort kwartiermakers die extreme uitingen doen over hun interessegebied. De veel gematigder klank van de overheid die dan later pas klinkt -natuurlijk inspelend op de geluiden uit de samenleving- worden dan als begrijpelijk en buitengewoon schappelijk door de burger worden ontvangen. In voetbaltermen heet dat een 'een-tweetje'.
Belangengroepen uiten zichzelf het liefst via dure televisiespotjes en paginagrote advertenties. En aangezien de kracht van reclame in de herhaling zit, worden deze dan ook heel vaak uitgezonden. Zo neemt de burger de gestelde 'waarheden' als vanzelf over en betaalt er ook nog eens voor. Resultaat is vaak ook dat de media hetzelfde geluid adopteren in hun berichtgeving. Hierdoor ontstaat dan algehele consensus over de meest malle onderwerpen, de feiten die dat weerleggen ten spijt.
En zo hoeven we niet in te zien dat de problemen die ons land ondervindt het gevolg zijn van het streven naar een utopische Heilstaat. Geheel suf gemanipuleerd redeneren we onze maatschappelijke problemen weg. Ze passen niet in het plaatje van de Heilstaat, dus moeten ze wel het gevolg van het gebrek eraan. Een vorm van cognitieve dissonantie. De feiten zijn dan ook zo ontluisterend en in tegenspraak met wat ons dagelijks wordt ingefluisterd, dat het voor ons gevoel al eigenlijk niet de schuld van de Overheid kan wezen. Dus moet het wel de schuld zijn van 'de markt'.
In een beetje democratie is vertrouwen van een klein gedeelte van alle burgers al genoeg voor een volledig mandaat. Daarmee kun je dan vier jaar lang je gang gaan, ongeacht wat de rest daar van vindt. In het geval van Nederland betekent dat het winnen van het vertrouwen van slechts 27% (4,4 van de 16,2 miljoen) van de burgers. Een minderheid bepaalt dus voor de overgrote meerderheid waaraan de centen besteed gaan worden.
Democratie is dus eigenlijk een systeem waarin één wolf voor drie geiten bepaalt wat er de komende jaren gegeten wordt en waarin commercials ervoor zorgen dat de geiten hier een goed gevoel aan overhouden. Denk daar nog maar eens aan wanneer iemand roept dat democratie een o zo'n fantastisch systeem is. En wanneer u dat wel gelooft, bedenk dan maar eens waarom u dat bent gaan vinden.
Hans Bennink
Hans Bennink (1969) is van beroep internetprovider en is daar sinds 1996 professioneel mee bezig na een studie International Business aan de HEAO.
Uit zijn pennevruchten -die vaak op de actualiteit inspelen- komt zijn streven naar een vrijere maatschappij tot uiting. Het is daarbij zijn overtuiging dat uit het kunnen maken van keuzes de verrijking en verdieping van de mens tot haar volste wasdom kunnen komen.