Angst voor discriminatie werkt het juist in de hand
Door Geerten Waling
6 augustus 2018
De angst om te discrimineren is zo groot dat discriminatie juist op de loer ligt.
Zo bevatten vacatures tegenwoordig bijna altijd een verwijzing naar de ambitie van de toekomstige werkgever om ‘inclusief’ te zijn en een ‘divers’ medewerkersbestand te onderhouden. Sollicitatie van vrouwen en mensen met een biculturele achtergrond wordt vaak expliciet aangemoedigd.
Op zich niets mis mee, dat aanmoedigen. Ik zie voor de verandering ook graag een vrouw achter een vuilniswagen, of een man in de kraamzorg. Gelijkheid, blijheid, toch? En vooral: doe wat je gelukkig maakt. Minderheden aanmoedigen te solliciteren kan het goede signaal afgeven dat iedereen een eerlijke kans maakt. Maar wat meestal wordt weggelaten, is de belofte dat de werkgever sollicitanten expliciet níet zal selecteren op etniciteit, geslacht of geaardheid.
Positieve discriminatie is óók negatieve discriminatie
Sterker nog, zo’n identiteitsdingetje kan nog weleens meewegen bij de sollicitatie. Zulke ‘positieve discriminatie’ is alleen maar positief voor wie er een baan aan overhoudt (hoewel je dat het liefst op eigen kracht doet natuurlijk). Voor wie toevallig niet het gewenste huidskleurtje heeft of is geboren met uitwendige primaire geslachtskenmerken is het negatieve discriminatie. Voor díe sollicitant is de afwijzing onverteerbaar, omdat die op zijn klompen aanvoelt dat hij is afgewezen op racistische of seksistische gronden. Wat nou, gelijkheid?
Nadat ik vorige week constateerde dat we met de intellectuele dwalingen van de VVD geen echte liberale partij meer hebben, leek het me deze week goed om mijn oor eens te luisteren te leggen bij een klein groepje denkers dat altijd in de marge van het debat actief is: de libertariërs. Sowieso raad ik iedereen aan om met libertariërs in discussie te gaan, alleen al omdat je dan je eigen aannames (over de heilzame kanten van een overheid, de gevaren van vrij wapenbezit, enzovoort) van de grond af opnieuw moet beargumenteren.
Discriminatiemythe
De libertariër bij wie ik deze keer te rade ging, is Frank Karsten, oprichter van de stichting MeerVrijheid en schrijver van een boek dat deze maand werd gepubliceerd onder de provocerende titel De Discriminatiemythe. Karsten ontrafelt in zijn boek maar liefst veertien mythen over discriminatie, waarmee hij het thema in een ander licht probeert te zetten. Dat is, in zijn geval, het licht van de individuele vrijheid en verantwoordelijkheid.
Is Karsten een racist of seksist? Dat ontkent hij ten stelligste. Ook lijkt hij absoluut geen voorstander te zijn van discriminatie. Wel maakt hij zich zorgen om de gevolgen van de te radicale anti-discriminatiebeweging die nu gaande is. Als libertariër bekommert hij zich liever om de vrijheid van meningsuiting, evenals om de vrijheid van associatie, wat betekent dat je ongeremd je eigen vereniging of bedrijf mag oprichten en eigen regels mag opstellen over wie je wel of niet aanneemt als lid, werknemer of klant.
Karsten wil dus het ‘recht om te discrimineren’ verdedigen, maar daarbij onderkent hij expliciet dat de wereld vol onrecht en oneerlijkheid is en dat het goed is om je daar hard tegen te maken. ‘Wees beleefd, redelijk en geweldloos,’ luidt zijn adagium.
De ‘Verwarde Staten van Amerika’
Het boek van Karsten biedt een eindeloze reeks voorbeelden van overspannen reacties op vermeende discriminatie, zowel door rechtbanken als door de bekende lynchjustitie. Veel zaken speelden zich af in wat hij de ‘Verwarde Staten van Amerika’ noemt, maar hij laat zien hoe zeker ook in Nederland de stem luid schalt van de anti-discriminatiebeweging, die met een overspannen gelijkheidsdrang allerlei vrijheden in gevaar brengt.
Zoals vaker met libertariërs, merk ik dat ik heus wel wat in kan brengen tegen het verhaal van Karsten. Zo is het zo slecht nog niet dat minderheden op zijn minst een eerlijke kans hebben bij een rechtbank als ze stelselmatig worden buitengesloten. Of dat schofterig gedrag publiekelijk aan de kaak wordt gesteld. En naast de vele gevallen van overtrokken ophef en malicieuze identiteitspolitiek bestaan er heus ook gevallen van racisme, seksisme, homofobie en moslimhaat die individuele vrijheden van slachtoffers aantasten en de vreedzame democratische rechtsstaat kunnen ondermijnen.
Maar in het huidige publieke debat, waarin zulke nuances ver te zoeken zijn en de morele verontwaardiging oorverdovend klinkt, leest het boek van de tegendraadse Karsten als een verademing. En het is nog grappig ook.
Deze opiniecolumn werd 31 juli 2018 gepubliceerd op
Elsevierweekblad.nl