‘Mannen zijn de laatste groep die je openlijk mag haten’

Door Marco Visscher

13 mei 2017

Journalist Peter Lloyd trekt ten strijde tegen de feministen die de samenleving hebben overgenomen. Hij wil aandacht voor mannenrechten.

Peter Lloyd sloot zich aan toen hij als journalist in Londen een tijdje werkte op een tijdschrift met alleen maar vrouwen. Hij werd dagelijks onderwerp van spot en grapjes. Langzaamaan werd het hem duidelijk dat die neerbuigende houding ook zichtbaar is in de maatschappij. Met Stand by your manhood schreef Lloyd een even ludieke als serieuze ‘overlevingsgids voor de moderne man’. 

U vindt dat mannen worden achtergesteld. Verklaar u nader. 

‘Mannen zijn minder goed opgeleid dan vrouwen. Ze zijn vaker dakloos en werkloos. Ze zijn vaker slachtoffer van geweld. Ze plegen vaker zelfmoord. Bij een echtscheiding zijn mannen vaker de pineut: ze betalen zich scheel voor de rest van hun leven en verliezen vaker het recht op omgang met hun kinderen. Ze zijn ongezonder en sterven eerder dan vrouwen.

Via de inkomstenbelasting betalen mannen veruit het meest aan het gezondheidsstelsel, maar er gaat veel meer geld naar bestrijding van vrouwenkwalen dan van mannenkwalen. Mannen worden harder bestraft dan vrouwen voor dezelfde misdaad. De lijst is eindeloos.’ 

We praten altijd over het glazen plafond, maar we moeten ook kijken naar de glazen kelder.

Mannen hebben al sinds mensheugenis de leiding in de economie, politiek en samenleving. Hoe valt dat te rijmen?

‘Er zijn inderdaad meer mannen dan vrouwen aan de top, maar er zijn óók meer mannen dan vrouwen aan de onderkant. We praten altijd over het glazen plafond, maar we moeten ook kijken naar de glazen kelder. En daar zien we dus vooral mannen. Dat klinkt niet bepaald alsof ze de vruchten plukken van hun privilege, of wel soms?

Bovendien: het is onjuist om te denken dat mannen zichzelf niet zouden kunnen achterstellen. In iedere samenleving is een natuurlijke neiging om vrouwen te beschermen. Die is bewonderenswaardig en evolutionair gezien ook goed te verklaren: vrouwen kregen kinderen en waren daarom kwetsbaar. Vandaag zien we politici die weliswaar zeggen te handelen in naam van het volk, maar in de praktijk dienen hun beleidsplannen veel vaker het belang van vrouwen dan van mannen.’

Maar vrouwen worden toch óók achtergesteld? 

‘Akkoord. Op het ene terrein worden vrouwen achtergesteld en op het andere terrein mannen. Volgens mij moet je dan in beide gevallen proberen de balans te herstellen. Maar dat is niet wat gebeurt. Mensen zijn bang mee te gaan met het verhaal over mannenrechten, omdat het niet past in het Grote Verhaal dat vrouwen zielig en zwak zijn en worden onderdrukt.

We willen nu eenmaal graag laten zien dat we de juiste morele waarden hebben. Dus wanneer je, zoals ik, aanstipt dat mannen de laatste maatschappelijke groep vormen die je openlijk mag haten, beschimpen en discrimineren, tja, word je meteen weggezet als een vrouwenhater.’ 

En dat bent u niet? 

‘Nee. Ik heb grote waardering voor het feit dat vrouwen in de afgelopen tientallen jaren steeds meer rechten hebben verworven. Het is ontzettend goed dat allerlei onrecht is aangekaart, want voor de vrouwen was de samenleving lange tijd buitengewoon oneerlijk georganiseerd.

Wij, mannen, zijn meer dan bereid geweest om met vrouwen samen te werken aan hun thema’s en waar er werkelijk sprake is van achterstelling zullen we dat nog altijd doen. Maar willen vrouwen eigenlijk wel samenwerken met mannen wanneer wíj worden achtergesteld?’ 

Dat zal toch wel? Feministen zijn toch voor gelijke rechten? 

‘Juist niet! Feministen zijn voor een bevoorrechte positie voor vrouwen. Laten we alstublieft één misverstand uit de weg ruimen: feminisme gaat níet over gelijkheid. Sterker, gelijkheid is de grootste nachtmerrie van de feministen!

Telkens wanneer de seksen werkelijk gelijk dreigen te worden behandeld, komen ze in actie. Bijvoorbeeld toen er eens werd opgeroepen om evenveel vrouwen als mannen in het leger te krijgen. Welnee, riepen de feministen. Vrouwen, zeggen ze, horen niet te vechten en te sterven aan de frontlinie. Maar wacht even: mannen soms wel? Nog altijd heeft geen enkele feminist er iets van gezegd dat het oneerlijk is dat vooral mannen in oorlogen vechten en sterven.

Intussen willen feministen dat er meer vrouwen komen in de directies van grote bedrijven of in de politiek, soms compleet met een oproep om wettelijke quota te stellen. Maar heeft u ooit gehoord dat er óók quota moeten komen zodat er evenveel vrouwen als mannen werken in de vuilnisophaaldiensten of de rioolreiniging?’

U beklaagt zich over de dubbele standaard in het debat over mannen en vrouwen? 

‘Ja, absoluut. Het is om gek van te worden. Neem besnijdenis. De ongelijkheid is verbijsterend. Het is kennelijk volkomen geaccepteerd om de complete voorhuid van een jongetje weg te snijden zonder zijn toestemming, zelfs wanneer het zijn penis of zijn zelfbeeld schaadt, maar oh, oh, oh, wanneer iemand met een scalpel of een speldenprikje aan de geslachtsdelen van een meisje zit, is het een ontzettend gewichtig mensenrechtenthema.

Intussen komt besnijdenis bij jongens veel vaker voor dan bij meisjes. Begrijp me goed: ik vind het allebei verkeerd. Waarom zouden we niet gewoon proberen om besnijdenis bij meisjes én jongens te voorkomen?’ 

Is uw houding niet eigenlijk een teken dat u bang bent voor de voortgaande emancipatie van de vrouw? 

‘Haha, dat is nogal een opzichtige manier om heel valide zorgen en onbetwiste feiten in twijfel te trekken. De cijfers liegen niet.’ 

De cijfers tonen toch ook een kloof in inkomen tussen mannen en vrouwen? 

‘Volgens de feministen, ja. Maar economen laten keer op keer zien dat die kloof niet bestaat. Het verschil is doorgaans te verklaren uit het feit dat mannen meer uren werken, meer vaardigheden hebben en meer verantwoordelijkheden dragen.

Een kloof die intussen wél overduidelijk is, maar waarover iedereen lijkt te zwijgen, is de onderwijskloof. Op scholen doen jongens het veel slechter dan meisjes. Dat verschil wordt groter als ze ouder worden, dus op de universiteit zien we meer jonge vrouwen dan jonge mannen. Die trend is al jaren aan de gang, maar toch wordt er niets aan gedaan.

Weet u nog toen het andersom was en de meisjes een achterstand hadden? Toen kwamen er allerlei campagnes en programma’s om het verschil in te lopen. Het enige wat er nu op scholen gebeurt, is om jongens meer als meisjes te laten zijn.’ 

Hoe bedoelt u dat? 

‘Typische eigenschappen van jongens zijn gemedicaliseerd en worden de kop ingedrukt. Als kinderen iets te energiek en luidruchtig zijn en graag op het schoolplein rondrennen, moeten ze aan de Ritalin, een medicijn tegen ADHD. Maar we hebben het hier over normaal jongensgedrag. Dat mag dus niet meer.

Meisjes zijn vandaag de gouden standaard in het onderwijs, dus jongens moeten zich net als hen gedragen. Als jongens op het schoolplein een probleem met elkaar hebben, kunnen ze elkaar niet meer gewoon een duw geven en weer verder gaan met waar ze mee bezig waren. Nee, ze moeten erover praten.’ 

Als jongens zouden leren praten, zouden mannen later misschien minder vaak zelfmoord plegen... 

‘Wat?! Oh my god, wat een ongelooflijke onzin. Mannen hebben eeuwenlang uiterst effectief gecommuniceerd en de beschaafde wereld opgebouwd. Het is een belediging om te suggereren dat ze zichzelf niet in zulke groten getale zouden ombrengen als ze wat meer als vrouwen zouden zijn, wat meer emotioneel ontwikkeld en wat vaker zouden huilen.

Het aantal mannen dat zelfmoord pleegt, stijgt al jaren. Bij vrouwen blijft het aantal nagenoeg gelijk. Onder twintigers en dertigers is zelfmoord de belangrijkste doodsoorzaak. Ik denk dat dit niet in de laatste plaats komt doordat mannen aanvoelen dat de samenleving zich op allerlei manieren tegen hen heeft gekeerd en dat deze ontwikkeling wordt genegeerd.

Zo hoor ik veel verhalen van mannen die op het werk simpelweg te horen hebben gekregen dat ze geen promotie meer zullen krijgen. Waarom niet? Omdat er is besloten dat bij promoties de voorkeur uitgaat naar vrouwen.

Stel nu eens dat het andersom was geweest en dat vrouwen openlijk zouden horen dat zij geen kans op promotie zouden hebben, omdat mannen de voorkeur hadden. Dat zou alom worden gezien als een groot onrecht. Er zou luid verzet komen, en terecht! Ik zou ook meedoen. Maar wanneer de discriminatie óns ten dele valt, mogen we er niets van zeggen en zien feministen dat als een succes? Ik geloof dat steeds meer mensen daar helemaal klaar mee zijn.’ 

Valt de onverwacht grote steun voor een openlijke antifeminist als Donald Trump op die manier te verklaren? 

‘Voor een deel wel, ja. Mij lijkt Trump helemaal geen perfecte figuur om president te zijn, maar ik vind het prachtig om te zien dat hij onbevangen is en niet meedoet aan de politieke correctheid van de progressieve, feministische culturele elite. Tientallen jaren is de samenleving steeds meer een bepaalde kant op gegaan. Dat heeft niet voor iedereen goed uitgepakt. Dan is het niet onlogisch dat er een tegenbeweging komt.

Iedere actie leidt tot een reactie. Heel gewone, fatsoenlijke mensen zijn jarenlang besmeurd en gepest omdat ze er andere ideeën op nahouden: of dat nu ging over hun ongemak bij immigratie, feminisme of wat dan ook. Zij willen dat dit nu eens een keer stopt. En dat zijn niet alleen mannen, hè? Trump kreeg meer stemmen van blanke vrouwen dan Hillary Clinton.’

De mannenrechtenbeweging lijkt soms verwikkeld in een wedstrijdje wie het zieligste slachtoffer is. Herkent u die kritiek? 

‘Zo kan het overkomen, inderdaad. Zelf ben ik er niet kapot van als mannenrechtenactivisten die kant op gaan. Ik geloof dat het sterk genoeg is om de feiten en statistieken te laten zien: zo blijkt meteen de mythe van dat hele patriarchaat waarover de feministen het nog steeds hebben.’ 

Wordt er niet teveel afgeruzied met feministen? Zo zet de mannenbeweging toch mensen tegen elkaar op? 

‘Van mij hoeft dat geruzie niet zo. Ik zou ook best een meer universalistische benadering willen, maar ik vrees dat ik dan niet zal worden gehoord. Je moet pragmatisch zijn en het spelletje meespelen om aandacht te krijgen.’ 

Mannen worden van oudsher in verband gebracht met een krachtige persoonlijkheid en autonomie, niet met gejammer en geklaag om rechten af te dwingen.

‘Ach, misschien zijn mensen er gewoon niet zo aan gewend dat wij mannen net zo kunnen klagen als vrouwen. Wat wél mannelijk is, is dat wij met onze beweging een helder doel hebben: erkenning en gelijkheid. Dat kun je van de feministen niet zeggen. Zij verschuiven telkens het doel. En dat is logisch: het is voor hen zowel politiek als financieel lucratief dat de genderoorlog voortduurt. Dus beginnen ze weer eens te turven hoeveel dialoog in een Hollywoodfilm afkomstig is van een vrouwelijke acteur... Gáááááp!’’ 

Vindt u het gek dat de mannenbeweging zo’n kleine club is? 

‘Veel mensen durven mijn perspectief niet te steunen uit angst om te worden gezien als een vrouwenhater. Feministen zijn er erg goed in om mannen publiekelijk af te fakkelen. Op zich is dat interessant. Je zou haast gaan denken dat we dan ergens een punt hebben, nietwaar?’ 

Dit interview verscheen eerder in dagblad Trouw
 

Over Peter Lloyd 

Peter Lloyd (37) is een Britse journalist, woonachtig in Londen. Hij schrijft onder meer voor de Daily Mail en The Guardian, met name over zaken rondom mannen en vrouwen: onderwerpen waarover hij ook vaak op televisie als commentator verschijnt. Hij is auteur van Stand by your manhood, een boek dat wordt gebracht als ‘overlevingsgids voor de moderne man’. The Huffington Post noemde het boek ‘intelligent, geestig en verrassend’. 


 

Over de auteur

Marco Visscher is zelfstandig journalist. Hij is oprichter en samensteller van Tegengeluid, een tweewekelijkse digitale nieuwsbrief met introducties en linkjes naar de meest uitdagende, controversiële opiniestukken. MarcoVisscher.nl

MeerVrijheid
webmaster@meervrijheid.nl