29 september 2010
In dit artikel zou ik graag twee varianten van democratie willen bespreken. De politieke democratie waarbij iedereen één gelijke stem heeft en de markt democratie waarin mensen ‘stemmen’ door hun geld uit te geven. Deze tweede variant is minder bekend bij de meeste mensen. Door ruimtegebrek zal ik beknopt voor- en nadelen van beide varianten bespreken.
Het fundamentele probleem bij een politieke democratie
In een politieke democratie is het inkomen van een ander beschikbaar dankzij politieke middelen. Dat wil zeggen dat politici het inkomen van de één kunnen stelen om het vervolgens te geven aan een ander. Omdat het nationale inkomen voor iedereen beschikbaar is kunnen we stellen dat het een publiek goed is. Zodra een goed publiek is ontstaat er iets als de tragedy of the commons.
De tragedy of the commons beschrijft hoe rationeel individueel gedrag leidt tot overexploitatie van een publiek goed. Neem het voorbeeld van publieke weidegrond waarbij elke boer er baat bij heeft om zijn veestapel te vergroten. Nu heeft iedere wei een bepaalde capaciteit en ligt overbegrazing op de loer. Toch heeft iedere individuele boer er baat bij om meer te grazen dan de ander omdat de kosten verdeeld worden over de rest. Behalve dat zal de boer het niet laten om zijn veestapel te laten grazen omdat een andere boer dat misschien wel doet waardoor hij een deel van zijn inkomen misloopt. Uiteindelijk zal er overbegrazing ontstaan wanneer alle boeren hun eigenbelang nastreven.
Democratie werkt wat dat betreft precies hetzelfde. De boeren (stemmers) hebben allemaal baat om hun koeien (studiefinanciering, kinderbijslag, bailouts, subsidies) te laten grazen op het weiland (het nationale inkomen). De boer heeft er baat bij om meer te graaien omdat de kosten gedeeld worden waardoor deze kosten dus verzachtend werken. Punt is dat iedereen zo gaat denken en politici (publieke weidegrond 'eigenaren') spelen daar handig op in.
Dat dit een reëel probleem is kun je bijvoorbeeld zien aan de schuldencrisis die zich voltrekt over de Verenigde Staten en Europa. Het is niet alleen Griekenland dat last heeft van ‘overbegrazing’; bijna elk Europees land heeft last van enorme structurele schulden o.a. dankzij de aankomende vergrijzing.
In het geval van Nederland moet er een jaarlijkse groei zijn van 1.5% met de nodige bezuinigingen om uiteindelijk in 2015 een klein begrotingsoverschot te hebben. Het is nog maar de vraag of dat gaat lukken aangezien de economische groei in de Eurozone al decennia lang steeds lager wordt. In 1990 - 00 was dit jaarlijks nog 2.2% terwijl dat de afgelopen 10 jaar 1.1% was. Ook hiervoor zien we dat de groei steeds verder terugloopt.
Ook groeide de staatsschuld per persoon van €13.956,- in 2000 naar €15.668,- in 2006. Vanuit een groter perspectief is de schuld per persoon gegroeid van €1.296,- in 1960 naar €22.237,- op het moment van schrijven. Dat is een groei van meer dan 1700% terwijl we dit laatste cijfer niet als inflatie hebben gehad om de schuldengroei te relativeren.
Om terug te komen bij de tragedy of the commons; de sleutel tot de oplossing voor dit probleem ligt bij privaat eigendom. Wanneer de weidegrond privaat is heeft iedere eigenaar er baat bij om te zorgen voor de continuïteit van zijn stukje wei evenals de maximalisatie van de productiviteit van zijn veestapel. Hetzelfde geldt voor de huidige democratie. Privatiseer het nationale inkomen en beperk de macht van de politieke democratie.
Natuurlijk heeft ook de politieke democratie voordelen. Het is een geweldig middel om de rekening van jouw idealen over te schuiven naar iemand anders. Dit noemen we dan ‘solidariteit’ of ‘sociaal’ en zo voelt het ook. Hierdoor heeft ook de politieke democratie voordelen.
De voordelen & nadelen van markt gebaseerde democratie
Nu ik de nadelen en voordelen van de politieke democratie heb besproken is het tijd om te kijken wat de voordelen en eventuele nadelen van markt democratie zijn. In een marktdemocratie ‘stemmen’ mensen door geld te spenderen. Wanneer jij graag wilt dat er meer geld wordt uitgegeven aan liefdadigheid ben je vrij om er meer geld aan uit te geven. Ook ben je vrij om mensen te overtuigen van het nut om meer geld uit te geven aan liefdadigheid. Waar je echter geen recht op hebt is om geld te stelen van iemand en de buit te geven aan een ander. In een markt democratie heb je dus een soort van ‘consumeer soevereiniteit’; je verdient het zelf dus je bepaalt ook waar je het aan uitgeeft.
Voordeel hiervan is dat de keuzevrijheid enorm wordt vergroot. In een politieke democratie is het een kwestie van the winner takes it all. De meerderheid bepaalt. In een markt democratie heb je deze beperkingen niet omdat je niet afhankelijk bent van de wil van de meerderheid. Wil je een rode auto, koop er dan één. Wil je buurman een groene auto? Dan staat het hem vrij om te werken voor een auto en er eentje aan te schaffen. In een politieke democratie is het zo dat als een partij de meerderheid krijgt dat we allemaal een rode, of groene, auto krijgen. Ook een voordeel van een markt democratie is dat je kunt wisselen van product. Vind je de groene auto niets? Ruil hem dan om. Vind je het huidige kabinet niets? Wacht dan nog maar 4 jaar.
Hierdoor kunnen we ook een stap maken naar de ethiek. In een markt democratie mag je eigenlijk doen en laten wat je wil zolang je maar geen geweld gebruikt tegenover een ander. In een politieke democratie daarentegen is het alsof twee wolven en een schaap gaan stemmen wat ze vanavond zullen eten. Bij de marktdemocratie staat vrijwillige samenwerking centraal, bij de politieke variant is dat dwang.
Ook is er meer zekerheid in een markt democratie. Wanneer je stemt op een politicus in een politieke democratie dan koop je eigenlijk niets meer dan beloftes. Je kunt misschien weten hoe een politicus het de afgelopen jaren heeft gedaan maar je kunt niet weten wat er gebeurd zou zijn als een andere politicus de macht had in diezelfde periode. Hierdoor is informatie imperfect in het opzicht dat je moeilijk opties kunt vergelijken.
Daarnaast speelt er nog een veel fundamenteler informatie probleem een rol. Veel stemmers in de politieke democratie veranderen nogal snel van partijvoorkeur om de meest banale dingen die in het nieuws voorbij vliegen. Heel weinig stemmers nemen de moeite om een partijprogramma te bekijken. Dit komt omdat stemmers rationeel onwetend zijn. De ‘kosten’ om jezelf voor te lichten over de bestaande partijen en politici is veel groter dan de voordelen die je eruit kunt halen. In een politieke democratie is de kans groter dat je onder de auto komt op weg naar de stembus dan de kans dat je stem doorslaggevend is, hierdoor is het rationeel voor de stemmer om zich meer te richten op andere zaken.
Een oplossing zou misschien kunnen zijn dat er een ‘stemexamen’ komt maar we zouden alle praktische problemen van zo’n ‘stemexamen’ achterwege kunnen laten als we weer een stap maken naar de ethiek. Waar halen de mensen die zo’n stemexamen hebben gehaald het recht vandaan om keuzes te maken over iemand die dat niet heeft gehaald? Dan is het alsof twee intelligente wolven en een schaap gaan stemmen over wat ze vanavond gaan eten. Het blijft een immoreel systeem.
Een markt democratie dwingt mensen om rationeel wetend te zijn over veruit de meeste keuzes die ze maken. Dit komt omdat sommige keuzes pijn zullen doen in de portemonnee en niemand wil geld verspillen. Uiteindelijk komt er een ruwe balans tussen de kosten om jezelf voor te lichten en de rationele maximalisering van kennis. Als je een koelkast wilt kopen kan het handig zijn om alternatieven te bekijken. Wanneer je een nieuwe agenda wil zijn die zoekkosten verwaarloosbaar.
Natuurlijk is er ook een nadeel aan marktdemocratie. Niet iedereen heeft evenveel geld als de ander en daardoor heeft de een meer invloed op de samenleving dan de ander. Toch heeft iemand met een minimumloon veel meer keuzevrijheid in een markt democratie dan dat die persoon heeft in het stembureau. Stemmen om invloed uit te oefenen op de samenleving is, individueel gezien, complete tijdsverspilling.
Conclusie
Natuurlijk zit er enige overlap in mijn bovenstaande verhaal. Mensen stemmen zowel met het stembiljet als met hun euro’s maar het doel achter dit artikel is om aan te tonen dat markt gebaseerde democratie zowel moreler als efficiënter is en meer zeggenschap oplevert voor de ‘stemmers’. Het centrale pleidooi is dan ook om de macht van de politieke democratie zo ver mogelijk terug te dringen ten voordele van de markt gebaseerde democratie. Een regering die het minst regeert, regeert het best.