De wetten van het progressieve denken - 1. De wet van het abjecte Westen
Door Bart Croughs
28 maart 2006
De intellectuelen die voor de nare gewoonten van andere culturen overlopen van begrip, die beweren dat we onze waarden niet zomaar aan de immigranten mogen opleggen omdat waarden nu eenmaal relatief zijn en het uiterst imperialistisch en paternalistisch, zo niet racistisch is om te menen dat onze waarden beter zijn dan die van andere culturen - diezelfde intellectuelen leggen ten aanzien van het verleden vaak wel een grote mate van waardenvastheid aan de dag.
Het koloniseren van Afrika was bijzonder schandalig, de Amerikaanse slavenhouders waren grote schoften, Columbus was een grote schoft, enzovoorts. Ook deze schoften leefden in een cultuur die, dit keer door de afstand in de tijd, beduidend van de onze afweek, maar merkwaardig genoeg is dat geen grond voor clementie.
Een opmerkelijk verschijnsel, want je zou verwachten dat waarden ofwel als absoluut worden beschouwd - geldig op alle plaatsen en in alle tijden - ofwel als relatief - zowel plaatsgebonden als tijdgebonden. De combinatie van relativisme met betrekking tot plaats en absolutisme met betrekking tot tijd is dus nogal raadselachtig.
De wet van het abjecte Westen luidt: 'Bij een conflict tussen westers en niet-westers kiest de progressieve intellectueel voor niet-westers'.
Maar dit raadsel verdwijnt al snel zodra de eerste wet van Croughs wordt toegepast: `De wet van het abjecte Westen'. Deze wet luidt: `Bij een conflict tussen westers en niet-westers kiest de progressieve intellectueel voor niet-westers'.
Door toepassing van de wet van het abjecte Westen wordt het samengaan van cultuurrelativisme en `tijdsabsolutisme' afdoende verklaard. Columbus versus de Indianen, de Amerikaanse slavenhouders versus de slaven, de kolonialen versus de gekoloniseerden - dit zijn allemaal gevallen van conflicten tussen `westers' en `niet-westers'. In deze gevallen zou waardenrelativisme te zeer in het voordeel uitvallen van `het Westen'. (Bijvoorbeeld: `je moet de daden van de kolonialen zien in hun tijd, toen vond men dat nu eenmaal gewoon', et cetera.) Bij tegenwoordige conflicten tussen `westers' en `niet-westers' past wel waardenrelativisme, omdat dit in het voordeel uitvalt van `niet-westers'.
Slaven in Soedan
|
Ook het opmerkelijke verschijnsel dat de onderdrukking van de zwarte bevolking in Zuid-Afrika op een voortdurende stroom van heftige veroordelingen van onze intellectuelen kon rekenen, terwijl de vaak veel zwaardere onderdrukking van de zwarte bevolking in andere delen van Afrika nauwelijks enige belangstelling wist te wekken, kan met behulp van de wet van het abjecte Westen eenvoudig worden verklaard.
In Zuid-Afrika was sprake van een conflict tussen westers (blank) en niet-westers (zwart); dit in tegenstelling tot de overige delen van Afrika, waar het conflict ging tussen niet-westers en niet-westers - en dus niet interessant was voor onze intellectuelen. Het welzijn van de zwarte bevolking kon onze menslievende intellectuelen duidelijk gestolen worden; hun was het er alleen om te doen `het Westen' aan te vallen en als `antiracist' te poseren.
Een ander merkwaardig verschijnsel is met deze wet ook te verklaren: het feit dat verlichte geesten nog dagelijks emmeren over het schandelijke onrecht van de westerse slavenhandel, terwijl over de slavenhandel door Arabieren nooit met een woord gerept wordt; en dat terwijl in het Westen de slavenhandel al in de vorige eeuw is afgeschaft, terwijl verschillende Arabische staten de slavenhandel pas in de jaren zestig en zeventig van deze eeuw begonnen af te schaffen. (In Mauretanië werd de slavernij pas in 1980 afgeschaft, terwijl in Soedan in 1990 nog steeds slavenhandel plaatsvond; zie
The economist, 6 januari 1990.) De wet van het abjecte Westen weet dit opmerkelijke fenomeen zonder problemen te verklaren.
Bart Croughs
Over de auteur
Bart Croughs (1966) is een van de vruchtbaarste libertarische geesten van Nederland. Hij is afgestudeerd in de filosofie en was voorheen hoofdredacteur van het tijdschrift "Reactie".
Bart Croughs schreef het boek "In de naam van de vrouw, de homo en de allochtoon". U kunt het bestellen bij Lulu.com of delen ervan hier lezen. Het is een humoristische en felle aanval op het links intellectuele denken in Nederland en legt op zeer leesbare wijze de inconsequenties ervan bloot.
Verder schreef hij voor Playboy zijn eigen column in de periode van maart 1997 tot en met augustus 1998. Gedurende enkele jaren had Croughs een column in het opinieweekblad HP/de Tijd.