23 september 2005
Al in de hoogtijdagen van de klassenstrijd, zo'n honderd jaar geleden, stond buiten kijf dat rechts dik is en links dun. We hoeven slechts te denken aan de karikatuurtekeningen waar de uitbuitende kapitalist vanonder zijn hoge hoed met bolle wangen op zijn sigaar puffend, over zijn nog bollere buik neerkeek op de brood-magere arbeiders en hun uitgemergelde kinderen.
Ik was dan ook niet verbaasd over de krantenkop 'Rosenmöller gaat dikkerds te lijf', al speet het me dat Theo van Gogh dit niet meer mee mag maken. Ik las: "Paul Rosenmöller, de oud-politiek leider van Groenlinks zal zich als aanjager en ambassadeur inzetten voor een effectief convenant, waardoor mensen gezonder gaan eten en meer bewegen. Partijen - de ministeries van VWS en Onderwijs, de levensmiddelsector, horeca, zorgverzekeraars, werkgevers en sportkoepel NOC*NSF - vergaderen komende maand voor het eerst over een actieplan.'
Een vreemd gezelschap is het wel. Wat doet het ministerie van Onderwijs daar, waarom zijn de werkgevers van de partij en die sportkoepel, is dat niet Erica Terpstra? De interesse van de horeca begrijp ik wel. Op een glas verse jus is de marge hoger dan op een jonge borrel.
Dit initiatief kon niet uitblijven. Zoals een onweersbui zich lang van te voren aankondigt door veranderingen in de atmosfeer, zo was al tijden duidelijk aan het worden dat onze eetgewoonten ter discussie staan. De hbo-opleiding tot diëtist groeit sterk. Links, dat de slag tegen de alcohol verloor, heeft de slag tegen het roken gewonnen. Eten is nu de nieuwe markt. Onlangs had de magere linkse econoom Rick van der Ploeg in zijn column in Het Financiele Dagblad al geconstateerd: 'Veel Nederlanders kampen met rollen vet. Frappant is dat dit steeds vaker kinderen en jonge mensen betreft.' Als goed wetenschapper berichtte hij vervolgens uit onderzoeken: 'Mensen hebben immers moeite zichzelf te beheersen. Ze raken verslaafd aan de onmiddellijke bevrediging van een lekkere snack en houden onvoldoende rekening met de schadelijke gevolgen van overgewicht.' Om dan te besluiten met: 'De overheid moet daarom vetzucht onder kinderen en jongeren met harde hand bestrijden.' De overheid? Met harde hand? Wat is dat voor een vreemde conclusie?
Er zijn historici die stellen dat met de val van de Berlijnse muur in 1989 een einde is gekomen aan de links-rechts tegenstelling, maar dat is natuurlijk niet waar. Links wil altijd mensen dwingen tot iets. De mensen zelf kunnen zich immers 'niet beheersen'. Dat doet links dan wel voor u. Het begint met die arme bloedjes van kinderen, maar het eindigt natuurlijk met een verbod op het consumeren van kroketten en hogere belastingen op wat u lekker vindt.
Paul Frentrop schrijft regelmatig voor HP/De Tijd en werkte eerder voor onder andere Het Financieele Dagblad en NRC Handelsblad.
Frentrop promoveerde in 2002 met een studie naar 'corporate governance' door de eeuwen heen. Tegenwoordig is hij directeur van Deminor dat de belangen behartigt van minderheids-aandeelhouders.